Rioolheffing
Doel van de belasting/heffing:
De opbrengst van deze heffingen wordt benut voor het dekken van de kosten van afval-, hemel- en grondwater (inclusief rioleringen).
Wie is belastingplichtig?
De belasting wordt geheven:
- van degene die bij het begin van het belastingjaar het genot heeft krachtens eigendom, bezit of beperkt recht het genot heeft van een perceel dat direct of indirect is aangesloten op de gemeentelijke riolering, verder te noemen: eigenarendeel; en
- van de gebruiker van een perceel van waaruit water direct of indirect op de gemeentelijke riolering wordt afgevoerd dan wel dat belang heeft bij nakoming van de gemeentelijke waterzorgplichten, verder te noemen: gebruikersdeel.
Grondslag van de heffing:
Stein baseert zich op het eigendomsrecht. Per perceel wordt een vast bedrag opgelegd. Daarnaast worden de verbruikers aangeslagen op basis van het watergebruik.
Verdeling van de kosten:
De gemeente is wettelijk verplicht haar zorgplichten voor afval-, hemel- en grondwater na te komen. De totale kosten voor het uitvoeren van deze zorgplichten bedroegen in 2021 € 2.938.000.
Om deze kosten transparant te maken, zijn de kosten naar taakveld uitgesplitst. Het merendeel van de gemeentelijke kosten worden verantwoord op het taakveld riolering. In 2021 was dit € 2.125.000. Deze kosten bestaan vooral uit kosten voor het nakomen van de gemeentelijke watertaken op het gebied van afvalwater, hemelwater en grondwater, met name aanleg en onderhoud van rioleringen en de kosten voor heffen en invorderen van de rioolheffingen. In 2021 is € 111.000 uitgeven aan straatreiniging, een kostenpost die onder het taakveld verkeer en wegen valt. Dit voorkomt overbelasting van het rioolstelsel bij piekbelasting. Verder is in 2021 een bedrag van € 319.000 toegerekend voor overhead. Dit zijn kosten voor de sturing en ondersteuning van medewerkers in brede zin. De compensabele BTW bedroeg € 383.000 en is, conform de BBV-wetgeving, eveneens aan het riool toegerekend.
Herkomst middelen:
Gemeenten mogen op grond van artikel 228a van de Gemeentewet een rioolheffingen invoeren. Deze mag maximaal kostendekkend zijn. In 2021 was de opbrengst van de rioolheffing € 2.810.000. Om 100% kostendekking te realiseren is voor een bedrag van € 128.000 beschikt over de daartoe gevormde rioolvoorziening. Bij de berekening van de tarieven 2021 is rekening gehouden met het uitgangspunt uit het coalitieakkoord 'Kansrijk besturen' dat niet uitgegeven middelen binnen het rioolcompartiment middels de voorziening ingezet worden om toekomstige tariefstijgingen te dempen. Hiervoor is in de begroting 2021 een beschikking over de rioolvoorziening opgenomen van € 163.000. Zoals eerder gesteld is echter bij het opmaken van de jaarrekening gebleken dat om 100% kostendekking te bewerkstelligen een beschikking van € 128.000 nodig is. Het verschil wordt veroorzaakt doordat de in 2021 gerealiseerde kosten voor de zorgplichten voor afval-, hemel en grondwater lager zijn dan begroot.
Op 12 november 2020 zijn de verordening Rioolrecht 2021 en de definitieve tarieven voor 2021 vastgesteld.
Relatie met programma's
De opbrengsten van de rioolheffing worden verantwoord op het programma Volksgezondheid en Milieu. De kosten die in de heffing worden meegenomen worden verantwoord op het programma volksgezondheid en milieu en het programma verkeer vervoer en water.
Berekening van kostendekkendheid van de rioolheffing 2021 | ||||
bedragen x € 1.000 | ||||
lasten taakvelden | ||||
2.1 wegen en vervoer | 111 | |||
7.2 riolering | 2.125 | |||
totaal lasten taakvelden | 2.236 | |||
netto lasten taakvelden | 2.236 | |||
toe te rekenen lasten: | ||||
overhead | 319 | |||
compensabele BTW | 383 | |||
totale lasten | 2.938 | |||
baten | ||||
beschikking over voorziening | 128 | |||
opbrengst heffingen | 2.810 | |||
totale baten | 2.938 | |||
kostendekking: | 100% |